AtlasCopco2

Atlas Copco gaat jaarlijks 15 miljoen investeren in Wilrijk

WILRIJK - Atlas Copco gaat de komende jaren jaarlijks 15 miljoen euro investeren in het moderniseren van de infrastructuur en het machinepark in Wilrijk. Dat heeft de producent van perslucht aangekondigd. Er wordt ook 10 miljoen euro geïnvesteerd in de omscholing van de 2.900 werknemers.

Bovenop het jaarlijkse budget voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie, in 2019 was dat 95 miljoen euro, werd er sinds 2018 in totaal 35 miljoen euro geïnvesteerd in nieuwe productietechnologie bij Atlas Copco Airpower in Wilrijk. Het bedrijf zal ook in de toekomst jaarlijks 15 miljoen euro investeren in de infrastructuur en het machinepark. Daarmee wil Atlas Copco werk maken van een slimme fabriek, onder meer door digitalisering, het uitrollen van nieuwe technologieën en automatisering. Met de investering wil de vestiging haar reputatie van 'universiteit van de perslucht' behouden.

"Ook Atlas Copco voelt de gevolgen van de coronacrisis, maar het is een bewuste keuze om ook in moeilijkere economische tijden te blijven investeren", zegt president van de divisie Airtec Wouter Ceulemans. "De effecten op korte termijn zijn er zeker, maar door de overheidsmaatregelen komen we deze periode hopelijk met geen al te grote schade door. Voor de gevolgen op langere termijn gelden deze investeringen als een voorbereiding."

Personeel omscholen

Altals Copco Airpower in Wilrijk is met 2.900 werknemers wereldwijd de grootste vestiging van Atlas Copco. Er kwamen in 2018 en 2019 ook telkens 150 werknemers bij. Toch gaat de nieuwe investering niet gepaard met nieuwe jobs. Het bedrijf wil het bestaande personeel omscholen en maakt daar 10 miljoen euro voor vrij. De Vlaamse overheid ondersteunt dit 'upskilling en reskilling-programma' met 2 miljoen euro.

"Waar we tien jaar geleden vooral ingenieurs elektromechanica aantrokken, zien we nu vooral een toenemend aantal van softwareingenieurs en data-analisten", zegt HR-directeur Annick De Bakker.

Momenteel kruipt Atlas Copco stilaan uit de coronaperiode. Halverwege maart werden 900 van de 1.400 arbeiders tijdelijk werkloos. Vandaag staan volgens de directie sommige afdelingen nog steeds op 40 procent tijdelijke werkloosheid, op andere afdelingen werkt iedereen opnieuw.