Euronav kan in Syrische crisis volle stoom vooruit

euronav

Alvast de olieprijzen zitten al sterk in de lift. De crisis om Syrië haalt de energiemarkt weer helemaal overhoop. Afwachten nu of ook de Antwerpse tankerrederij Euronav eindelijk uit de problemen geraakt.

Euronav heeft het al verscheidene jaren biezonder moeilijk. De aanhoudende economische crisis heeft de vraag naar olieproducten scherp doen dalen. Meteen zijn er ook minder olietankers nodig om de verminderde bestellingen van het Midden-Oosten naar Europa of de States te brengen. De latente overcapaciteit aan grote tankers drukt op die manier op de vrachttarieven en op de rentabiliteit van de reders. Vandaag bevaren zo'n 600 olietankers de oceanen. Daaronder ook nogal wat verouderde types. Veel  reders aarzelen evenwel om de oude roestbakken uit de vaart te nemen. Scheepvaartanalisten houden het erbij dat de sloop van hooguit 50 schepen de markt weer rendabel zou maken. Alleen gebeurt het niet. Verscheidene rederijen dreigen daarom zware averij op te lopen. Zelfs faillissementen zijn niet onmogelijk.

Door de crisis om Syrië kan het plaatje snel veranderen. De dreigende oorlog doet de vrees toenemen dat een Arabische olieboycot tot de mogelijkheden behoort. Ook een eventuele sluiting van het Suez-kanaal door het onrustige Egypte zit in de kaarten. Olie wordt op dat moment weer een belangrijk strategisch gegeven. Op zo'n moment kan Euronav weer een rol gaan spelen.

Euronav is in 2004 losgehaakt uit de Belgische scheepvaartmaatschappij CMB. De onderneming van Marc en Virginie Saverys zou zich als rederij volledig toespitsen op de tankervaart.

Met een vloot van nu 34 moderne tankers leek Euronav perfect gestroomlijnd om een belangrijke rol te gaan spelen in de oliemarkten. Het bedrijf beschikt over één mammoettanker (440.000 ton), 11 supertankers (320.000 ton) en 22 kleinere Suez max schepen. Daarnaast kunnen ook nog enkele FSO's (floating-, storage- en off loading facilities) ingeschakeld worden.
De meeste eenheden zijn hooguit zes jaar oud.

Euronav probeerde de zwakke rentabiliteit van de vloot tot nog toe op te vangen door enkele schepen uit de vaart te nemen en besparingsacties te ondernemen. Door oa. langzamer te varen en op die manier minder brandstof te verbruiken. Een en ander heeft niet veel zoden aan de dijk gezet. Zowel de boekjaren 2011 als 2012 werden met zware verliescijfers afgesloten. De lage vrachttarieven dekten niet eens de operationele kosten van de schepen.

Of het tij nu eindelijk kan keren moet voorlopig nog afgewacht worden. Ook de Syrische president Assad zal in dit opzicht zijn woordje meespreken.