“Onze kinderen hebben ons duidelijk gemaakt dat ze niet geïnteresseerd zijn in een overname”

TURNHOUT - Dirk en Frank van Riel zijn de zaakvoerders van Van Riel Grootkeukens, het bedrijf dat hun vader oprichtte. Hun kinderen maakten hun snel duidelijk dat ze geen interesse hebben om het bedrijf later over te nemen. Maar de broers vonden kandidaat-overnemers in het eigen bedrijf.

Van Riel Grootkeukens NV werd in 1989 opgericht in Turnhout. “Eigenlijk begon het verhaal al eerder”, vertelt Dirk van Riel. “Onze vader Tony en zijn tweelingbroer Herman openden een elektrozaak in 1976. In 1981 kwam ik daar in dienst als technicus. Onder zachte ouderlijke dwang. Er was in die tijd weinig werk voor jongeren en alles was beter dan thuis te zitten niksen.”

Vanwege een verschil in visie op het bedrijf, gingen Tony en Herman van Riel enkele jaren later elk hun eigen weg. Dat werd de start van Van Riel Grootkeukens. “Dat verhuisde in 1989 naar de Grotenhoutlaan”, weet Frank. “Ik was toen al een jaar aan de slag in het bedrijf als verkoper. Ik combineerde dat met een job als kok ’s avonds. Bij de oprichting van de NV hebben Dirk en ik aandelen gekocht, want er waren nog twee zussen en twee broers die niet bij het bedrijf betrokken waren.”

Vader is de baas

“Vader had het wel voor het zeggen”, lacht Dirk. “In de bedrijfsvoering hadden we op dat ogenblik geen inbreng. Ik herinner me nog dat ik vroeg om een elektrische breekhamer. Vader antwoordde: je doet het al zo lang met hamer en beitel. Blijf dat maar doen.”

“Vader riep de familie bijeen en iedereen had zijn inbreng.”

Rond de eeuwwisseling namen Dirk en Frank het bedrijf over. “We hebben dat vader vriendelijk duidelijk gemaakt”, herinnert Dirk zich nog. “Wij wilden groeien met het bedrijf, hem interesseerde dat niet zo erg meer. Alles was afbetaald en hij had een goed leven. Hij heeft die overname wel keurig geregeld. Hij riep de hele familie bijeen en iedereen had zijn inbreng. Ons moeder stelde maar één voorwaarde. Vader zou moeten blijven werken. Het idee dat hij de hele dag thuis zou zitten, stond haar niet aan.”

Geen derde generatie

Na de overname kende Van Riel Grootkeukens een sterke groei. In 2004 verhuisde het naar een groter pand in de Bleukenlaan. Tijdens een beurs in Barcelona kwam de opvolging ter sprake. “Onze kinderen hadden ons duidelijk gemaakt dat ze niet geïnteresseerd zijn in een overname”, zegt Frank. “Ze zijn gelukkig met de jobs die ze vandaag hebben. Die ochtend in Barcelona bleek dat zowel Dirk als ik er ’s nachts over hadden gepiekerd.”

De oplossing diende zichzelf enige tijd later aan. Mathias en Pieter, twee werknemers, toonden interesse om te participeren in het bedrijf. “Vandaag hebben ze elk 10% van de aandelen. Het is de bedoeling dat ze het bedrijf over enkele jaren overnemen.”

Puzzel leggen

Dat zou het einde zijn van de familiale onderneming, maar daarvan liggen Frank en Dirk niet wakker. “We zijn er nog niet helemaal uit hoe we het regelen”, zegt Frank. “Blijven we nog werken in het bedrijf, of is er op financieel vlak nog een band? Op dit ogenblik zijn we bezig met de waardebepaling. Daarna rekenen we op het advies van de bank en van de boekhouder. De puzzel wordt nog gelegd.”

“We hebben ooit zelf overwogen om de naam te veranderen, maar Van Riel Grootkeukens is een bekende naam in de sector.”

“De overname moet ook voor onze opvolgers haalbaar zijn”, beseft Dirk. “Het bedrijf moet blijven groeien.”

Geen rust

Moet de naam van het bedrijf behouden blijven na de overname? “We hebben ooit zelf overwogen om de naam te veranderen”, zegt Frank. “De directeur van Electrolux, waarvan wij de toestellen verdelen, heeft ons dat toen afgeraden. Van Riel Grootkeukens is een bekende naam in de sector. Dat blijkt ook uit de cijfers. De omzet is in 2021 nog 20% gestegen ten opzichte van 2020. En dat ondanks corona.”

Iets rustiger aan doen, dat zou de broers niet tegenstaan. “Het zit er voorlopig niet in”, beseft Dirk. “We hebben onlangs nog drie nieuwe mensen aangeworven en zijn nog op zoek naar een administratief bediende en een magazijnier om een deel van onze job over te nemen, maar we vinden de mensen niet. We zijn dus gedoemd om nog een tijdje voluit te gaan.”