Groep Heylen bouwt Europees distributiecentrum in Grobbendonk

groep heylenGroep Heylen uit Herentals is met de bouw gestart van een 50.000m² groot complex op de terreinen van Antwerp East Port in Grobbendonk. Het merendeel, 40.000m², wordt verhuurd aan een logistieke dienstverlener die het op zijn beurt zal exploiteren als Europees distributiecentrum voor een internationaal bedrijf, dat onbekend wil blijven. Er kunnen op termijn 200 mensen aan de slag, een aantal dat tijdens het hoogseizoen met nog eens 300 zal toenemen.

“Er is nog vertrouwen in logistieke activiteit in Vlaanderen”, concludeert David Batens, Business Development Director bij Groep Heylen. “Als een grote internationale speler zijn Europese logistieke hart in Grobbendonk vestigt, dan spreekt dat vertrouwen uit. Vertrouwen in onze economie, in onze werknemers en natuurlijk ook vertrouwen in Groep Heylen.”

“Het was van bij het begin duidelijk dat de ligging langs het Albertkanaal met een directe toegang tot de containerterminal een belangrijk element was voor de keuze van de locatie door de eindgebruiker. Bij de diverse gesprekken werd extra aandacht gevestigd op de hoogwaardige technische specificaties en duurzaamheid van de gebouwen evenals de multimodaliteit”, aldus Ignace Casteleyn van JLL, dat bemiddelde bij de verhuring van het gebouw.

Helft ingevuld
Deze nieuwe fase in de uitbouw van Antwerp East Port is belangrijk. Eerder werd al 36.000m² ingericht voor Sumitomo en Bleckmann, twee grote logistieke operatoren. Samen met de 50.000 m² extra zal straks meer dan de helft van de beschikbare 115.000m² in gebruik zijn, en ook voor de resterende oppervlakte lopen gesprekken met potentiële gebruikers. De werkzaamheden aan de nieuwbouw zijn gestart op 4 april en de oplevering is voorzien voor begin november 2016.

Eigenaar Wim Heylen van Groep Heylen wijst er op dat ook hier, ondanks de snelheid waarmee wordt gewerkt, de waarden van de groep worden gerespecteerd. “Wij willen een esthetisch verantwoord complex bouwen dat beantwoordt aan al onze eisen. Dat wil zeggen dat het gebouw na deze gebruiker ook nog geschikt moet zijn voor een volgende gebruiker en dat het gebouw zo ecologisch mogelijk wordt gebouwd en exploiteerbaar moet zijn.”