Sinterklaas is geweest. De verwijzingen liggen voor de hand richting ondernemingen, retailers, dienstverleners, horeca-uitbaters, … die in het afgelopen jaar gigantische omzetverliezen hebben geleden en nu best wel een (financieel) pakketje van de sint kunnen gebruiken. Maar ik denk nog aan iets anders. “Wanneer de sint vertrokken is, dan mogen we de kerstboom zetten”, is een regel in verscheidene families. En dus wil ik graag een boompje opzetten over de eindejaarperiode die nu toch wel duidelijk is begonnen.

Het is mij opgevallen dat veel mensen veel vroeger dan in andere jaren al zijn begonnen met hun huizen in kerstsfeer te hullen …. of te hulsten. Vrijwel overal hangen al kerstlichtjes en op veel plaatsen zie ik door het raam al kerstbomen in woonkamers staan. Mensen lijken nog meer dan andere jaren te hunkeren naar die behaaglijke warmte in de eigen cocon die de kersttijd met zich kan meebrengen. Het bewijst nog maar eens dat dit geen jaar is als de andere. Niet alleen vanwege de maanden die al achter ons liggen, maar ook door de komende feestdagen die anders zullen zijn dan ooit tevoren.

Goed, het is niet veilig om dit jaar in groep te feesten. Daar zullen we gewoon doorheen moeten. Maar dat betekent niet dat we mekaar uit het oog moeten verliezen.

Wat ik de voorbije weken ook heb gezien, zijn initiatieven om mekaar coronaproof toch te blijven vinden. Sommigen maken wandelafspraken, zodat je toch nog eens een goede babbel kan doen in mekaars gezelschap, anderen maken er een gewoonte van om deze dagen geregeld iemand op te bellen die ze al lang niet meer hebben gehoord. Hartverwarmende acties die ook bewijzen dat Kerstmis in essentie niet gaat over parelhoen, oesters, of dure cadeaus.

De stille Kempen zijn op dat gebied niet stil. Vele mensen hebben hier al de hand uitgestoken naar elkaar. En de vele natuurgebieden in de streek maken dat hier duchtig wordt gewandeld. Laten we dat zeker volhouden en veel manieren zoeken om binnen de grenzen van wat nu mogelijk is mekaar niet los te laten. De Kempen staat erom bekend dat het in deze streek altijd enkele graden warmer is dan in de rest van het land. Zullen we afspreken dat dit komt door een hogere concentratie aan menselijke warmte?