IGEMO streekmangers Ben Bruininkx Anthony Vanoverschelde Algemeen Directeur Peter De Bruyne 2 IGEMO streekmanagers Ben Bruininkx en Anthony Vanoverschelde met algemeen directeur Peter De Bruyne

Nieuw team bij Igemo Rivierenland

MECHELEN – WILLEBROEK - PUURS-SINT-AMANDS – BORNEM – BONHEIDEN – DUFFEL - SINT-KATELIJNE-WAVER – PUTTE – LIER – BERLAAR - NIJLEN - HEIST-OP-DEN-BERG - Sinds 5 jaar werken twaalf gemeenten van het arrondissement Mechelen systematisch samen rond mobiliteit, economie, klimaat, welzijn en zorg, onderwijs, … De interesse voor een regionale aanpak zit in een stroomversnelling dankzij de conceptnota Regiovorming van minister Somers. Intercommunale IGEMO was reeds voortrekker voor regionale samenwerking in Vlaanderen, en wil dit nog verder versterken via een nieuw team van deskundigen met elk hun eigen expertise.

IGEMO lanceerde reeds in 2016 een bestuurlijk organisatiemodel op maat van regio Rivierenland om optimaal te kunnen samenwerken. Dit samenwerkingsmodel boekte heel wat successen en diende daardoor als rolmodel voor Vlaanderen. Rivierenland heeft momenteel de reputatie een goed voorbeeld te zijn van duurzame streekontwikkeling.

Volgens Peter De Bruyne, algemeen directeur van IGEMO, is samenwerking steeds belangrijker geworden. “De uitdagingen voor de regio zijn legio en complex en vergen een daadkrachtige en slagvaardige regionale aanpak met overheden, stakeholders en doelgroepen die elkaar begrijpen, vertrouwen en steunen. Dit mee mogen en kunnen realiseren, is voor IGEMO de ultieme uitdaging.”

Om dit te kunnen waarmaken, heeft de intercommunale een team van deskundigen samengesteld, die ten dienste staan van de lokale besturen om de economische, sociale én ecologische samenhang van het beleid binnen de regio Rivierenland te versterken. Anthony Vanoverschelde is de nieuwe streekmanager. ”Met zo’n regiobenadering pakken we vandaag samen de uitdagingen van morgen aan. Gebruik makend van de dynamiek van sterke lokale besturen, zetten we bewuster in op een geïntegreerde aanpak binnen de regio.”

De sustainable development goals, oftewel SDG’s, vormen hierbij ons kompas. Collega-streekmanager Ben Bruininkx staat alvast te popelen. “Met ons enthousiast team van experten gaan we met de SDG’s voor ogen op zoek naar de uitdagingen en ambities voor de regio Rivierenland. We zullen in al onze initiatieven kijken naar de economische, sociale én ecologische samenhang binnen de streek. We werken mee aan een regio waar Rivierlanders terecht trots op mogen zijn.”

Pieter Dresselaers is de nieuwe mobiliteitsdeskundige bij IGEMO. “Regio Rivierenland biedt veel opportuniteiten voor duurzame mobiliteit, bijvoorbeeld om op een aangename, veilige en comfortabele manier te fietsen. We zijn daarnaast ook de regio met het grootste aantal treinstations per inwoner. Er liggen dus veel kansen om mensen de overstap te laten maken naar meer duurzame en gezonde manieren om zich te verplaatsen.”

Tijs Veyt, projectmanager binnen de cluster mobiliteit met een professionele achtergrond in economie en de humanitaire wereld, werkt binnen IGEMO aan uiteenlopende projecten. “Concreet houdt dit in dat we straks beter doen dan de Vlaamse doelstelling om 40% van de verplaatsingen te verduurzamen tegen 2030. Als regio moet Rivierenland hierin minstens 50% halen. Op die manier kan socio-economische groei hand in hand gaan met een verminderde druk op ons leefmilieu.”

Via de Welzijnskoepel stemmen de 12 gemeenten van de regio Rivierenland met elkaar af over verschillende welzijnsthema’s. Liane De Boeck is coördinator van de regionale welzijnskoepel Rivierenland voor IGEMO “Via het delen van goede praktijken en het samen aankaarten van knelpunten, gaat het welzijn in de regio er stevig op vooruit. Ik ben trots dat ik daarvan deel mag uitmaken!”

Bij de cel ruimtelijk beleid verschuift de focus meer en meer van duidelijk afgelijnde lokale projecten naar projecten en gebiedsontwikkelingen over de gemeentegrenzen heen. Frédéric Rasier is proces- en projectmanager Ruimte binnen de cluster Omgeving. “We merken nu al verschuivingen op in het landschap (bv. door de regelgeving rond de betonstop), waardoor er op een heel andere manier zal moeten nagedacht worden over ruimteontwikkeling, ook gemeentegrensoverschrijdend en op een regionale schaal. De moderne visie en kennis hieromtrent is nog vrij nieuw. Het mooie aan mijn job is om de gemeenten en de regio hierbij te mogen ondersteunen en inspireren, steeds met het oog op kwaliteit.”