In het eerste kwartaal werden 742 faillissementen geregistreerd in de bouwsector. Dat zijn er bijna 14 procent meer dan dezelfde periode in 2024, toen al een record. Voor maart alleen ging het om 266 bouwbedrijven die over kop gingen, ook al een record.
Ook andere sectoren tekenden een record aan faillissementen op in de eerste drie maanden van het jaar: de sector vervoer en opslag (193 faillissementen) en de sector van vrije beroepen en wetenschappelijke en technische activiteiten (234).
In totaal gingen in maart in ons land 1.055 bedrijven failliet: 3 procent meer dan een jaar eerder. Het gaat om het hoogste faillissementencijfer sinds 2015 voor de maand maart.
Alleen al in Vlaanderen spraken de ondernemingsrechtbanken 628 faillissementen uit: eveneens een record voor een maand maart. Ook voor de eerste drie maanden van het jaar gaat het om een record aan faillissementen in Vlaanderen (1.749).
Vestigingswet
In de bouw is al vele maanden een faillissementengolf bezig. Caroline Deiteren, directeur-generaal van bouwfederatie Embuild Vlaanderen, wijst op de vele starters die over kop gaan. “Na drie jaar is een kwart van de starters niet meer actief. Ze zijn failliet of om een andere reden niet meer aan de slag.” Door het afschaffen van de vestigingswet is het aantal starters de voorbije jaren explosief gestegen in de bouw.
Maar dat verklaart niet alles. “Door een cocktail van oorzaken is het voor bouwbedrijven moeilijk om actief te blijven. Vergunningstrajecten duren lang, maar ook de kosten van bouwmaterialen en de loonkosten liggen hoog”, aldus Deiteren.
De bouwfederatie maakt zich ongerust over de toekomst. “Ooit zullen de bouwactiviteiten wel weer aantrekken, maar wie gaat dat dan doen? Het is belangrijk dat de Vlaamse bouwbedrijven sterk blijven”, klinkt het.
