“De herwaardering van het tso en bso.” Dat stipte minister Marleen Vanderpoorten in 2000 aan als een van haar grote werven in een interview met De Standaard. Elke minister na haar herhaalde die ambitie, tevergeefs. Na 25 jaar van tanden stukbijten op de blijkbaar onmogelijke opdracht, is er een doorbraak. De vijf onderwijsverstrekkers, de vier grootste industriefederaties én Voka, slaan voor de eerste keer de handen in elkaar. Ze komen met een plan om het praktijkgerichte onderwijs uit het slop te halen.
Dat is nodig. Al jaren gaan alarmen af. De ongekwalificeerde uitstroom piekt in Vlaanderen. Meer dan een op de acht jongeren verlaat het middelbaar zonder diploma. Duizenden jongeren lopen bovendien verloren in een systeem dat zowel bij scholen als werkgevers tot frustraties leidt.
Toenadering
“Voor het eerst hebben bedrijven en onderwijsactoren toenadering tot elkaar gezocht”, zegt Jolyce Demely, algemeen directeur van werkgeversorganisatie Agoria. “Dat is broodnodig, want de industrie heeft talent nodig.” De samenwerking is de start van een nieuw partnerschap, zegt ze. “In het verleden werden we vaak in een conflictmodel geplaatst, waarbij de ene pas na de andere zijn zegje mocht doen. Nu nemen we samen engagementen op.” Voor haar is het plan geen eindpunt, maar de start van een intensievere samenwerking.
Een bijzondere wens van de tien partners is om de onderwijsvormen, aso, tso en bso, af te schaffen. “Er wordt enkel nog gecommuniceerd met finaliteiten”, staat in het plan te lezen.
De industrie en de onderwijsverstrekkers nemen zich voor betere afspraken te maken over wat er aangeleerd moet worden in de praktijkgerichte opleidingen. Er zal overlegd worden met de industrie als opleidingen dreigen te verdwijnen. Bedrijven zal gevraagd worden om hun expertise met scholen te delen.
Netwerkdag
“Vakinhoudelijk hebben we de expertise vanuit de sectoren nodig”, zegt Vanobbergen. Hij geeft een voorbeeld: een netwerkdag van de afdelingen hout die plaatsvindt in een bedrijf, dat zelf verschillende workshops plant.
Minister Demir is “verheugd” over het plan, laat ze in een reactie weten. “Er zitten duidelijk sterke zaken in die verder uitvoering kunnen geven aan de intenties uit het regeerakkoord, zoals meer samenwerking tussen scholen en bedrijven, sneller inspelen op technologische evoluties en leertrajecten flexibiliseren en duale leerwegen uitbreiden.”