Vlaams-Brabant is in de eerste helft van dit jaar van alle Vlaamse provincies het zwaarst getroffen door collectief ontslag. Dat berekende Made in Vlaams-Brabant op basis van de nieuwste cijfers van de federale overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg. Een aankondiging overviel 586 werknemers, effectief ontslag 491 van hen. Het banenverlies bij Bosch in Tienen is daar niet eens bijgerekend. De meest getroffen sectoren zijn distributie, metaalverwerking en de (petro)chemie.
In tegenstelling tot de vorige jaren werden tussen januari en juni 2015 nauwelijks grote en gemediatiseerde herstructureringen aangekondigd. De uittocht bij ruitenwisserproducent Bosch in Tienen werd een jaar geleden bekendgemaakt. Vooral de herstructurering bij supermarktketen Delhaize sprong in het oog. In Vlaams-Brabant werden de Delhaize-vestigingen in Aarschot en Diest daardoor getroffen.
Na het koppeloton gevormd door distributie, metaalverwerking en (petro)chemie hebben ook andere sectoren een moeilijk eerste deel van het jaar achter de rug. Het gaat om agro-voeding, transport, de financiële sector, (grafische) media, nutsbedrijven en papier en hout.
Per provincie staat Vlaams-Brabant op de weinig benijdenswaardige eerste plaats, nipt gevolgd door Antwerpen. West-Vlaanderen, Limburg en Oost-Vlaanderen bleven uit het oog van de storm. Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest scoort nog (veel) slechter dan Vlaams-Brabant.
Het banenverlies door collectief ontslag is in de eerste helft van 2015 tot zestig procent kleiner dan in de vergelijkbare periode van 2014. Op Belgisch niveau kwamen 2.977 banen op de helling te staan, tegenover 7.377 een jaar eerder. Het aantal getroffen bedrijven bedroeg 61, tegenover 66 in 2014.