Een zelfrijdende shuttle tussen de Vaartkom, het station, Leuven-centrum en het wetenschapspark. Dat wilde De Lijn in Leuven, om te experimenteren met zelfrijdende bussen. Maar de ambitie om in 2026 een operationele verbinding te hebben, blijkt nu op losse schroeven te komen.
Uit het antwoord van minister De Ridder blijkt dat de aanbestedingsprocedure voor het raamcontract on hold is gezet. De recente ontwikkelingen tonen aan dat de technologie nog steeds grote uitdagingen kent. “De initiële respons van leveranciers voldeed administratief-juridisch niet volledig aan de verwachtingen, en bovendien betreden nieuwe, sterke spelers de Europese markt”, zegt CD&V-parlementslid An Christiaens.
Snelle evolutie
Schepen van Mobiliteit Dirk Vansina (CD&V) bevestigt de vertraging. “De Lijn heeft een zogenaamd ‘request for information’ gelanceerd, om na te gaan of er voldoende bedrijven zouden intekenen op een aanbesteding. De marktpartijen hebben meer tijd gevraagd om een gefundeerd voorstel in te dienen. De technologie evolueert snel. En zo’n shuttle tussen het normale verkeer vraagt degelijke voorbereiding.”
Eerder had De Lijn ook jarenlang plannen met zelfrijdende elektrische bussen op Brussels Airport. Maar na jaren van onderzoek en voorbereiding werden die plannen afgeblazen omdat de ontwikkeling te complex bleek. Voor Leuven blijft er voorlopig wel hoop, want de minister blijft Leuven benoemen als de voorziene testlocatie. Maar wanneer de bussen zullen rijden, blijft voorlopig onduidelijk.
“We wisten dat het geen eenvoudige procedure zou zijn”, zegt Vansina. “Wij blijven wel geïnteresseerd, en zijn blij dat we test-stad blijven. We hadden eerder al toegezegd om mee te investeren in het project. Dat engagement blijft. Intern werden al eerste voorbesprekingen gehouden om na te gaan welke veiligheidsmaatregelen we zouden moeten nemen bij zo’n test van een zelfrijdend voertuig op de openbare weg. Een chauffeur die in noodgevallen kan tussenkomen blijft in elk geval een voorwaarde bij zo’n test.”