Roularta 23

Roularta benoemt Francis (opnieuw) en William De Nolf (voor het eerst) tot bestuurders

ROESELARE - Het beursgenoteerde Roularta wil asap de raad van bestuur uitbreiden naar 9 bestuursleden, zo liet het bedrijf weten in een persbericht. De eerste nieuwe naam is al bekend. Het gaat om William De Nolf, een zoon van boegbeeld en voorzitter Rik De Nolf.

De algemene vergadering van het beursgenoteerde Roularta Media Group heeft op voordracht van de referentie-aandeelhouder Koinon NV (familie De Nolf) aan de buitengewone algemene vergadering voorgesteld om William De Nolf (namens de NV Cella) te benoemen tot niet-uitvoerend bestuurder. De raad van bestuur is van oordeel dat William De Nolf met zijn in Roularta opgebouwde kennis inzake IT en knowhow inzake digitalisering een meerwaarde zal vormen in de beraadslaging en besluitvorming binnen de raad van bestuur.

Verder werd de coöptatie van Pascale Sioen (P.Company) opnieuw bevestigd. Ook Francis De Nolf (Aluda), eveneens een zoon van Rik De Nolf, wordt herbevestigd als bestuurder.

Klimaat onzeker

Naar aanleiding van de algemene vergadering werden ook de vooruitzichten voor 2023, zoals gecommuniceerd naar aanleiding van de persmededeling over de cijfers 2022, nog eens herhaald. De eerste cijfers over 2023 bevestigen de verwachte druk op de reclame-inkomsten en dit gezien de onzekere economische context en toenemende kosten waarmee adverteerders te maken hebben.  Het huidig klimaat van onzekerheid en gestegen kosten - wat een lezer kan beïnvloeden bij zijn/haar keuze om al dan niet een abonnement aan te vatten of te verlengen -  heeft een impact op de inkomsten uit abonnementen. Roularta blijft naar eigen zeggen verder verhoogde inspanningen leveren om meer digitale en family abonnementen te werven, die mee kunnen zorgen voor een stabiele en duurzame groei van de omzet.

Door de verhoogde kosten ten gevolge van de inflatie in de landen waarin Roularta Media Group actief is, zullen de marges in 2023 verder onder druk blijven staan, zo wordt nog voorspeld. De groep blijft echter wel inzetten op efficiëntiemaatregelen.