Lagae – Koerszaken

Sporteconoom en professor Wim Lagae bekijkt het WK wielrennen in Knokke-Brugge vanuit een ander perspectief

KNOKKE, BRUGGE - Het WK Wielrennen dat de renners van Knokke naar Brugge bracht, kreeg de publieke belangstelling waarvan de organisatoren ongetwijfeld gedroomd hebben. Mede, en niet te onderschatten, met dank aan een uitmuntende zon. De bekende West-Vlaamse sporteconoom Wim Lagae (tevens een echte wielerfanaat) stelde zich in een column ook de vraag naar het economische en maatschappelijke impact van dergelijk sportevent. Het levert een boeiende analyse op van een expert in de materie. 

Stefan Kesenne, de in juli 2021 overleden Vlaamse sporteconoom, pleitte al langer voor een grondiger en meer doorgedreven maatschappelijke kosten-baten analyse. "Ontastbare of maatschappelijke kosten zijn de negatieve effecten die niet in geld kunnen omgezet worden", redeneert Wim Lagae. "Denk aan meer files of irritante verkeershinder, vandalisme of geluidsoverlast. Gouden tijden voor inbrekers, want de politie kan alleen op het sportterrein worden ingezet."

Piek verlengen

Daar tegenover staan uiteraard ook de immateriële voordelen. "De internationale uitstraling van de gaststad verbetert: dankzij de Grand Départ van de Tour 2019 was Brussel niet meer een terroristenhol, maar een historische trekpleister", aldus Wim Lagae. "Helikopter- en actiebeelden zetten een stad op de internationale kaart. Sport verbroedert, brengt inwoners en bezoekers samen en maakt hen fier en gelukkig. Post-corona voelt het samen ongedwongen live kunnen genieten van de totaalbeleving van kijksporten telkens als een uniek bevrijdingsfeest aan. Het feel good gevoel van de sportfans blijkt echter vooral te pieken tijdens het sportevenement zelf. Het blijft een uitdaging om duurzaam toerisme te realiseren en dit wetenschappelijk hard te maken."

Gangmaker

De hamvraag of een groot sportevenement een duurzame erfenis nalaat raakt makkelijk sportief ondergesneeuwd, vindt Wim Lagae. "Neem de wereldkampioenschappen tijdrijden en wegwielrennen, die tussen 19 en 26 september 2021 in Vlaanderen betwist worden. Enkele dagen voor het evenement zijn bijna alle ogen gericht op de strijd om de elf regenboogtruien. Toen de Internationale Wielerunie UCI tijdens het 2018-WK in Innsbruck de Vlaamse kandidatuur weerhield, konden weinig wielerwaarnemers vermoeden dat veel Vlaams talent drie jaar later in hun discipline wereldtop zouden zijn. Wie toen zou voorspeld hebben dat vanaf maart 2020 een pandemie de wereld- en sporteconomie zou gijzelen, had men helemaal gek verklaard. Toch worstelde de toplaag van de koers zich beter dan verwacht door de covid-19 crisis, ook omdat de televisiesport wielrennen zonder publiek georganiseerd mocht en kon worden. Door het wegvallen van VIP-inkomsten en sponsoring moesten organisatoren van wielerwedstrijden wel heel diep in hun reserves tasten om het hoofd boven water te houden. Wie zich het lijstje financiële katers van WK-gaststeden in normale tijden voor de geest kan halen - Ponferrada (2014), Richmond (2015) en Bergen (2017) - weet dat uiterste waakzaamheid geboden was voor de Vlaamse overheid en het organisatiecomité."

Risicospreiding als daad van goed beheer

Volgens Wim Lagae heeft Vlaanderen op dat risico handig geanticipeerd door zijn kandidatuur mooi te spreiden over de gaststeden Knokke-Heist, Brugge, Antwerpen en Leuven. De directe economische impact van hotelreservaties en bestedingen van additionele buitenlandse en niet-lokale media, landenteams en wielerfans wordt zo gespreid over de vier steden. Tegelijk verdeelt men de organisatorische lasten, parcoursbouw, beveiliging, mobiliteitsproblemen of hinder in de vele andere dan horecasectoren over verschillende regio's.

Voor wielrennen, een buitensport, wordt de omvang van de directe impact ook mee bepaald door de weergoden. "Tijdens de uitgeregende editie van het WK-wegwielrennen in Yorkshire in 2019 bleven fans en vips in hun kot, waardoor de organisatoren belangrijke inkomsten moesten derven", herinnert Wim Lagae zich maar al te goed. "Aanhoudende regen verpestte volledig het humeur van de organisatoren en de vele fans tijdens de Grote Prijs van België Formule 1 in Spa-Francorchamps. Na uren talmen in de aanhoudende regen beperkte de wedstrijd zich om veiligheidsredenen tot enkele rondjes achter de safety car."

Thuis in Vlaanderen

Ondertussen was het al geleden van Ronse (1988) en Zolder (2002) dat het WK wielrennen opnieuw thuis kwam. Voor de Vlaamse koers bakermat, met zijn uitzonderlijk hoge populariteit en kijkdichtheid in vergelijking met andere Europese regio's, lijkt dit een eeuwigheid. Met steun van de Vlaamse overheid wordt op die manier cultureel koerserfgoed gekoesterd.

De Internationale Wielerunie UCI heeft haar WK-product gedurende de jongste twee decennia trouwens verder geprofessionaliseerd met een mooi uitgebouwde en gevarieerde wielerweek gekruid met elf regenboogtruien: tijdritten en wegritten voor juniores, beloften en elite-mannen en vrouwen. De mixed time trial op woensdag is een nieuw format dat de weg naar gendergelijkheid symboliseert.

De vzw WK 2021, een uniek samenwerkingsverband tussen ervaren koersrotten en concullega's Flanders Classics en Golazo, ambieert naast sportieve ook het realiseren van duurzaamheidsdoelen. Ook onder impuls van de deelnemende Vlaamse en stedelijke overheden, zet men in op innovatie van het fietsbeleid. Kan het WK-wielrennen hiervan de gangmaker blijven?

Wachten op duurzaam effect

Of de lange termijn maatschappelijke baten de sociale kosten overtreffen zal pas enkele jaren na het evenement kunnen worden bepaald. Zeker is dat het voortraject deels verpest werd door de corona pandemie. Met scholen of jeugdbewegingen in lockdown modus bleek activatie van de WK-hefboom een mission impossible.

Dit excuus kan hopelijk niet meer opgaan in het natraject. Gidsstad Utrecht gaf al het lichtend voorbeeld met zijn Tour de Force. Zes jaar na de Grand Départ van de Tour 2015 stuurt men daar vanuit een brede netwerkorganisatie het uitstekend uitgebouwde fietsecosysteem verder aan.