Het aantal thuiswerkers is de afgelopen vijf jaar spectaculair toegenomen, vooral in Vlaanderen. Dat blijkt uit cijfers van de FOD Economie. Vorig jaar waren er in ons land 595.000 loontrekkenden die soms of meestal thuiswerken op een totaal aantal werknemers van 3.723.000. In deze cijfers zijn de leerkrachten niet inbegrepen.
Vlaanderen telt het grootste aantal thuiswerkers, met ongeveer 16%. Dat is het gemiddelde van alle werknemerscategorieën. Maar de afgelopen 5 jaar is dat aantal met 25% gestegen. Het verschil tussen mannen en vrouwen is niet significant. Wel het verschil tussen de openbare en de privé-sector: het aantal thuiswerkers is aanzienlijk groter in de openbare sector dan in de privé-sector: 28,5 % van de loontrekkenden in de publieke sector werkt geregeld thuis, in vergelijking met 11,9 procent voor de privé-sector.
Als we de vergelijking per provincie maken zien we dat Waals Brabant er met 27% regelmatige thuiswerkers met kop en schouders bovenuit steekt. Voor de rest scoren de Waalse provincies hier lager. Wat Vlaanderen betreft scoort Antwerpen ongeveer op het gemiddelde van 16 %.