De Ijsmaker Luna Meijer Luna Meijer gebruikt AI-software in haar ijssalon. Foto: Patrick De Roo

Luna Meijer (22) opent eerste Belgische filiaal van De IJsmaker: “Ons ijssalon is een techbedrijf”

Kun je wat leren van een ijsje? Ja, veel zelfs. Wie via de bestelzuilen van de gloednieuwe De IJsmaker in de Nationalestraat 168 een bolletje ijs koopt, geeft Luna Meijer (22) een berg aan informatie. Dankzij AI-software weet ze precies hoeveel ijs en personeel zij nodig heeft.

Na Rotterdam en Dordrecht kan je sinds 6 april ook op de hoek van de Nationalestraat en de Kronenburgstraat terecht bij de Nederlandse ijssalonketen De IJsmaker. Luna Meijer (22), de jonge Antwerpse zaakvoerster van het eerste Belgische filiaal, staat er achter de toonbank.

“Al van jongs af aan word ik blij van ijs”, lacht ze terwijl ze een bolletje cookie dough-ijs op een hoorntje schept. “Hiervoor heb ik een aantal jaar als manager in enkele horecazaken gewerkt. Maar ik was het soms niet eens met mijn bazen. Daarom wilde ik liever een eigen zaak opstarten.”

De IJsmaker is geen alledaags ijssalon. In de acht meter hoge ruimte prijkt een gigantisch ledscherm waarop kleurrijke beelden afspelen. Bestellen doe je aan een van de drie digitale zuilen. “Eigenlijk zijn we een techbedrijf”, legt Luna uit. “We gebruiken AI-software die rekening houdt met evenementen in de stad, het weer, vakanties… Ze is gekoppeld aan Buienradar, waardoor we op basis van historische en actuele informatie kunnen bepalen hoeveel ijs we nodig hebben.”

Foto: Patrick De Roo

Luna’s vader werkt voor een data-analysebedrijf en bedacht de software. “Hij ging vaak halve liter ijsbekers halen bij het eerste filiaal in Rotterdam. Hij kende de eigenaar Adnan Bourich goed en stelde enkele jaren geleden voor om het AI-systeem in te voeren.” Dankzij al die data kan Luna inschatten hoeveel ijs en personeel ze in haar winkel nodig heeft. Zo kwamen ze er in Rotterdam achter dat er tijdens de Rotterdam Marathon een grote behoefte aan chocolade-ijs is.

Luna baat een van de vier horecapanden uit in de gerenoveerde Fierensblokken. “Ik ben enorm tevreden over de locatie”, knikt ze. “Er is veel passage. Als de zon schijnt, staan er rijen voor de deur. Ons vers ijs wordt voorlopig nog bijna dagelijks vanuit Nederland geleverd. Maar volgend jaar wil ik een nieuw pand op de kop tikken waar ik zelf mijn eigen producten kan bereiden. Daarna zou ik graag meerdere vestigingen openen en heel België veroveren met mijn ijs”, glimlacht ze.