Talentenwerf leidt werkzoekenden op

bouw

Talentenwerf dicht de kloof tussen werkzoekenden en bouwfirma’s met een specifieke vraag naar specialisten door opleidingen op de werf. Hoe succesvol dat werfplekleren ook is, het staat of valt met geëngageerde bedrijven en voldoende beschikbare werven. Daarbij helpt BAM een handje: in hun aanbesteding verplichten ze aannemers om zich te engageren als werfplekopleider. Talentenwerf is een partnership tussen de stad Antwerpen, de VDAB, de provincie Antwerpen, de fvb en de Vlaamse overheid.

De bouwsector veroudert. En met iedere bouwvakarbeider die op pensioen gaat, verdwijnt veel ervaring. De Antwerpse bouwfirma’s snakken dan ook naar nieuwe, kwalitatief hoogstaande werkkrachten. Helaas zijn de competenties van de werkzoekenden niet voldoende afgestemd op de vraag van de bedrijven. De oplossing? De sollicitanten zélf trainen op de werf, in nauwe samenwerking met een partner als Talentenwerf.

“Knelpuntvacatures wegwerken door wat harder te zoeken in de sollicitantendatabank lukt jammer genoeg niet: de gespecialiseerde bouwvakarbeiders zijn er gewoon niet”, vertelt Dieter Carré, coördinator Talentenwerf. “Daarom helpt Talentenwerf die ‘te maken’. In samenspraak met de bouwfirma selecteren we een reeks geschikte kandidaten en helpen we een vaste medewerker om hen op te leiden. Hiervoor zijn we dan ook permanent op zoek naar geëngageerde bedrijven en veilige, interessante werven die zich lenen voor een opleiding.”

De werfopleidingen die Talentenwerf organiseert, komen zowel de bedrijven als de kandidaat-bouwvakarbeiders ten goede: “Bedrijven kiezen de door hen geschoolde werkkracht die het beste bij hen past, en de kandidaten weten meteen of het beroep hen ligt”, verduidelijkt Dieter Carré.

Dat die aanpak werkt, bewijzen ze bij Smet Group. “ Wij deden al twee keer aan werfplekleren via Talentenwerf”, vertelt personeelsverantwoordelijke Jo Van Baelen. "Van de veertien deelnemers die we hebben opgeleid, namen we er elf aan en zijn tien nog altijd in dienst. Sommigen als lasser, anderen als mecanicien. Eén is zelfs in opleiding tot boormeester, een functie die toch echt specifieke vaardigheden vergt. Maar het potentieel is er. Het geheim schuilt in de doorgedreven selectieronde: pas na vier rondes, met daarin een werfbezoek en enkele testen, stelden we onze opleidingsgroepen samen. Zo konden we na de werfopleiding kiezen uit heel wat aantrekkelijke profielen die we zorgeloos aan het werk konden zetten. Meer nog: uit de eerste lichting stuurden we onmiddellijk iemand naar een buitenlandse werf. Om maar te zeggen dat we hem voldoende vertrouwden om daar zelfstandig aan de slag te gaan.”

Hoe meer werven er zijn, hoe meer gespecialiseerde werkkrachten er opgeleid kunnen worden. Om dat te bewerkstelligen, stimuleert de Belgische overheid de aannemers van haar openbare werven om samen te werken met opleidingscentra en scholen. Dat gebeurt bijvoorbeeld in het kader van het Masterplan Mobiliteit Antwerpen. Daar schaart Beheersmaatschappij Antwerpen Mobiel (BAM) zich achter het opleidingsinitiatief van Talentenwerf: “Bam zette in zijn aanbesteding dat de aangestelde aannemer zich moet engageren om samen te werken met Talentenwerf”, vertelt Dieter Carré. “Krijgt de aannemer de opdracht toegewezen? Dan stelt hij dus zijn werf ter beschikking om er samen met Talentenwerf een opleiding te organiseren. Wij nemen, ondersteund door de aannemer, de selectie en de vooropleiding voor onze rekening. En natuurlijk staan we de opleiders op de werf ook bij met onze expertise. Zo dichten we samen de kloof tussen het onderwijs en de arbeidsmarkt.”

Bij de werken aan de IJzerlaan zullen kandidaat-bouwvakkers een meerdaagse opleiding betonneren, wapeningstechnieken of riolering en grondwerk volgen. Daarnaast zijn er ook meerdere dagopleidingen voorzien voor leerlingen uit het voltijds bouwonderwijs. Door in te zetten op werfplekleren, streeft Talentenerf een naadloze afstemming na tussen opleiding en arbeidsmarkt. Joris De Fré van Confederatie Bouw Antwerpen beaamt dit: “De opleidingen moeten zoveel mogelijk gebeuren op de werf zelf. Zo leren de cursisten niet enkel de technische aspecten van de job, maar ervaren ze ook de werfmentaliteit en raken ze vertrouwd met het werkritme.”
l