Blue Monday, de derde maandag van januari, is zogezegd de meest deprimerende dag van het jaar. Zogezegd; want het is al jaren bewezen dat het niet zo erg is als ooit beweerd werd. “Het is een hardnekkige mythe, nergens op gebaseerd en toch hebben we het er elk jaar opnieuw over”, stelt Edelhart Kempeneers, medisch directeur nationale klanten bij Attentia. “Terwijl échte aandoeningen, zoals de winterblues, te weinig aandacht krijgen”, vindt hij.
Winterblues bestaat
Want inderdaad: veel mensen hebben effectief last van de winterblues, die alles heeft te maken met (zon)licht en onze biologische klok. Zeker op dagen dat er minder zonlicht was, zoals bij uitstek de voorbij weken het geval was.
Mensen voelen zich gemakkelijker lusteloos, prikkelbaar en somber. Ze zijn moe, maar slapen helpt niet. De reden daarvoor is dat ons lichaam het hormoon melatonine produceert als er weinig licht is. En hoge concentraties melatonine zorgen ervoor dat we ons moe voelen en dat onze biologische klok ontregeld raakt.
Er zijn remedies om winterblues te overwinnen. Mensen die er last van hebben wordt aangeraden om overdag naar buiten te gaan en te bewegen. Ook minder koolhydraten eten en sociale contacten helpen.
Blue Monday is uitgevonden door PR-bureau
Blue Monday is dan weer minder (of zelfs helemaal niet) wetenschappelijk aangetoond. Dat is een concept van de Britse psycholoog Cliff Arnall, die in 2005 een ‘wetenschappelijke’ formule bedacht waaruit bleek dat de derde maandag van januari de dag is waarop mensen zich het meest neerslachtig voelen.
Later bleek dat die formule van een PR-bureau kwam, in opdracht van een reisbureau. Om het verhaal geloofwaardig te maken, zochten ze Arnall aan. Hij wilde er zijn naam aan verbinden in ruil voor een flinke vergoeding.
Maar er klopt dus niks van Blue Monday. “Het is ondertussen al jaren bewezen dat het niet zo erg is als ooit beweerd werd, maar het blijft in het collectief geheugen hangen”, bevestigt Edelhart Kempeneers, medisch directeur nationale klanten bij Attentia.
