Dirk-Torfs-min

Hoe kan AI het productieproces in bedrijven optimaliseren?

Er doen enorm veel verhalen de ronde over de impact van artificiële intelligentie (AI) op de economie. Maar wat kunnen Vlaamse bedrijven nu concreet verwachten van deze digitale innovatie en waar zetten ze best op in? We vroegen het aan Dirk Torfs, CEO van onderzoekscentrum Flanders Make.

Dirk Torfs: “Met AI kun je fouten in de productie zodanig analyseren, op basis van productiedata, dat je werkelijk tot de bron van problemen kunt komen. Op basis van die gegevens kun je dan acties plannen die ervoor zorgen dat zulke mankementen niet of toch veel minder voorkomen. Je kunt dus preventief werken, als het ware branden vermijden in plaats van er telkens te moeten blussen. Dat is uiteraard bijzonder gunstig voor bedrijven, maar ook voor het milieu, want zo kun je de afvalproductie drastisch inperken.”

Waar moeten bedrijven in investeren om AI doeltreffend te kunnen inzetten?

Dirk Torfs: “Het is belangrijk dat ze sensoren en connectiviteitsfuncties integreren in hun productieprocessen, om data te verzamelen tijdens het testen maar ook tijdens het gebruik door klanten, via een cloud interface of een toegang op afstand tot de machines. Daarnaast investeren ze het best in het aanwerven van digitale experten of een samenwerking met een gespecialiseerd bedrijf, om hun ruwe data om te zetten in actiegerichte data. Je hebt namelijk algoritmes nodig om de data daadwerkelijk te hanteren voor maatregelen die de productie slimmer, autonomer en dus efficiënter maken. Ten slotte moet een bedrijf er ook voor zorgen dat haar werknemers de nieuwe technologie ten volle aanvaarden, zodat alle beschikbare functies benut worden. Je mag het belang van de sociale acceptatie niet onderschatten.

In hoeverre maken Vlaamse bedrijven al gebruik van artificiële intelligentie?

Dirk Torfs.: “Er zijn zeker al toepassingen, maar er is toch nog een lange weg af te leggen. Een goed voorbeeld van een pionier in onze regio is het Gentse bedrijf Robovision. Robovision gebruikte AI o.a. bij robots die plantjes klaarmaken, en in het bijzonder stekgoed via een transportband in potjes met teelaarde plant. Dat is arbeidsintensief en repetitief werk. Het bedrijf trainde robotten, via sensoren en deep learning, om het stekgoed op de juiste manier op te nemen en in de teelaarde te plaatsen.”

Waar werkt Flanders Make aan, op het gebied van AI?

Dirk Torfs: “Wij maken onder andere werk van het goed gestructureerd verzamelen van data, want data is waardeloos als het op de verkeerde manier wordt bijeengeraapt. AI is ook een essentieel onderdeel van zogenaamde digitale tweelingen, virtuele representaties van een fysiek product of proces, die zich net zoals hun fysieke tegenhangers gedragen. Daarmee kun je producten en productieprocessen beter begrijpen en de introductie van nieuwe producten versnellen.  We onderzoeken in het algemeen hoe AI machines slimmer en autonomer kan maken en fouten in het maakproces kan voorkomen. Ten slotte doen we samen met imec ook uitgebreid onderzoek naar de interactie tussen mens en machine. We beperken ons uiteraard niet tot onderzoek maar willen bedrijven echt inspireren door hen onze resultaten te tonen, demonstraties uit te werken en de ervaringen van bedrijven met de technologie te delen met anderen.”

Flanders Make gaat ook uitgebreid in op de voordelen van AI in haar nieuwe white paper, waarin ze voor bedrijven een roadmap voor de komende tien jaar uitstippelt. Je kunt de Nederlandstalige white paper hier downloaden. Er is ook een Engelstalige versie beschikbaar.

Leer meer over deze en andere innovaties tijdens een reeks van webinars in mei, waarmee Flanders Make de concrete resultaten van zijn onderzoek wil voorstellen. Dat gebeurt met de nodige technologische diepgang, om bedrijven de tastbare voordelen van innovatie te tonen.

Flanders Make voert technologisch onderzoek met en voor bedrijven. Het onderzoekscentrum ontwikkelt en test toepassingen die de Vlaamse industrie helpt competitiever te worden dankzij product- en productie-innovatie. Flanders Make bestaat uit co-creatie centra in Lommel, Leuven en Kortrijk, de Vlaamse dronefederatie EUKA en labo’s bij de vijf Vlaamse universiteiten.