Het was heel lang geleden, zo lang dat het mij meteen opviel. Het was heel lang geleden dat er op korte tijd zoveel positief nieuws was. Ga zelf maar even na…
Voka dat een kleine heropleving van de economie ziet – de omzetverliezen daalden de afgelopen maand van 13% naar 9%. De stad Mechelen die bekend maakte dat er in 2020, ondanks de coronacrisis, nagenoeg evenveel startende ondernemers waren als in 2019. De eventsector die eindelijk weer de handen uit de mouwen kan steken bij de opbouw van de vaccinatiecentra. De aankondiging dat we misschien nog voor de zomer allemaal ons spuitje zullen krijgen. En dan heb ik het alleen nog maar over het goede nieuws uit onze regio. Er was namelijk ook nog het feit dat het eindelijk lijkt te lukken om die oranje clown van de Verenigde Staten opzij te schuiven.
Akkoord, misschien ben ik een beetje te optimistisch. Maar na bijna een jaar miserie klampt een mens zich nu eenmaal vast aan de kleinste strohalm. Het zal de kappers, de beauty salons en de horeca-uitbaters wellicht worst wezen want zij moeten nog tot minstens 1 maart de deuren gesloten houden. Maar daarna… Daarna is volgens minister Van den Broucke het rijk van de vrijheid in zicht.
Toen ik hem die woorden hoorde uitspreken moest ik om één of andere reden meteen aan de sixties denken. Het is een periode die ik weliswaar niet bewust heb meegemaakt, maar die naar verluidt veel parallellen vertoonde met wat we nu meemaken. Ook toen liepen de mensen met lange haren rond. En een beetje vergelijkbaar met de hele heisa rond psychologe Kaat Bollen, was er toen de ‘free love movement’. Een beweging die als doel had om seksualiteit los te zien van beroep of huwelijk.
Als er nu ook nog een tweede Woodstock – of voor mijn part noemen we het Rock Werchter – komt, dan zie ik dat rijk van de vrijheid helemaal zitten.