Biscuiterie De Valk 5 Foto: jw

Einde van een tijdperk: “Biscuiterie De Valk houdt op te bestaan na net geen eeuw productie van ijskreemkoekjes”

REET - Onlangs rolden de laatste ijskreemkoekjes van de band aan de Molenstraat 20 in Reet (Rumst) bij Biscuiterie De Valk. Omdat de huidige zaakvoerder Patrick Rijmenans (61) van dit familiebedrijf geen opvolging heeft en er ook geen overnemer werd gevonden, houdt dit bedrijf na drie generaties op te bestaan.

Henri Valkaert begon samen met zijn vrouw Adeline De Jonge in 1925 in Niel met het bakken van ijskreemkoekjes. Ze kozen de eerste letters van hun familienaam als merknaam. De naam De Valk bleef al die tijd behouden.

Het idee om hier koekjes te gaan bakken, haalde Henri in Amerika. Als jongeling was hij door dat continent begeesterd. In 1910 vertrok hij met de bekende Red Star Line naar dat continent met de bedoeling naar daar te emigreren. Hij ging er zelfs naar het leger om een verblijfsvergunning te bekomen.

Tijdens de eerste wereldoorlog belandde hij terug in Europa toen hij met zijn garnizoen in Frankrijk mee kwam helpen vechten. Zo belandde hij uiteindelijk terug in België en werd verliefd op Adeline, zijn liefde voor het leven. Na zijn huwelijk in 1923, bekroond met twee dochters, bleef zijn ‘American dream’ bestaan en trok hij terug naar de USA.

Paardenslachter

Hij ging er als paardenslachter aan de slag maar dat werd geen succes. Bovendien zag Adeline een verblijf in het verre Amerika niet zitten. Hij zag er wel hoe een ijsventer, die zonder glazen schaaltjes kwam te zitten, door zijn Syrische buurman uit de nood werd geholpen. Die bakte zoetje wafeltjes die hij in een kraampje verkocht. Het voorstel was om die koekjes tot een trechtertje te rollen waarin ijs kon worden geschept.

Henri en Adeline beslisten om enkele wafelijzers aan te kopen om in Niel met de verkoop van hoorntjes met ijs te starten. Het zorgde al vlug voor een productie van drie dozen met in totaal driehonderd hoorntjes per dag.

Marcel als bakkersgast

Het succes groeide en na de tweede wereldoorlog werd Marcel Rijmenans als bakkersgast aangenomen. Naast de passie voor de koekjes ontstond bij hem ook de liefde voor dochter Yvonne. Ze huwden in 1947 en toen haar vader zes jaar later stierf namen ze de zaak over. Op dat ogenblik werkten ze vanuit een pand aan de Molenstraat in Reet.

 

Al meteen nam Marcel het initiatief om op half automatische machines over te schakelen. Gedaan met elk koekje met een spatel los te werken en ze tot hoorntjes te wikkelen. In 1958 werden bakovens met twaalf bakijzers aangekocht. Een rolmachine vormde ze om tot hoorntjes. In 1970 werden die op hun beurt vervangen door volautomatische machines.

Toch was het nog erg arbeidsintensief want op een bepaald ogenblik waren twaalf personeelsleden bezig om de afgewerkte producten voorzichtig in blikken dozen te plaatsen. Sommigen waren gans de dag bezig met behangerslijm om de dozen te etiketteren.

 

Modernisering

Marcel stond zelf in voor de uitvoer. Omdat naast hoorntjes ook wafeltjes en potjes werden gebakken en hiervoor extra machines nodig waren, verhuisde de bakkerij naar de overzijde van de straat waar tot op vandaag de dag het bedrijf actief bleef.

De modernisering bleef al die tijd doorgaan. De blikken dozen werden vervangen door verpakkingsmateriaal in golfkarton, de bakovens werden vervangen door volautomatische machines die vooral ook een hogere productie aankonden. Per oven steeg het aantal koekjes tot drieduizend per dag. Ook een bloemsilo met weegbrug en een dozenopzetmachine werden in het bedrijf opgenomen.

De hogere productie was vooral noodzakelijk toen IJsboerke in 1963 hun belangrijkste klant werd. In zowat gans Vlaanderen smulden klanten van heerlijke roomijs in koekjes van biscuiterie De Valk. Tijdens de zomermaanden werd vanuit de Molenstraat 20 in Reet dagelijks een volle bestelwagen koekjes naar Tielen gevoerd. Nadien kwamen ze die zelf wekelijks met een oplegger ophalen.

Familiebedrijf met seizoenarbeiders

Het was voor de familie Rijmenans en het personeel tijdens het hoogseizoen zeven dagen op zeven werken waarvan sommige dagen of weken ook nog ’s nachts werd doorgewerkt. Van op verlof en op reis gaan in de zomerperiode was geen sprake. Van maart tot september draaide de zaak op volle toeren. Daarna zat de job voor het personeel, dat als seizoenarbeider werd ingeschreven, er op.

Maar de zaakvoerders bleven daarna nog bezig met het kuisen en smeren van de machines. Het was ook de ideale periode om eventuele aanpassingen of herstellingen uit te voeren. Het was een taak die ze steeds zelf op zich namen.

 

Jaren zeventig

De absolute topjaren situeerden zich in de jaren zeventig. Het aantal ijsventers die toen met kar, triporteur of wagen al rinkelend door de straten reed, was amper te tellen. Maar omdat meer en meer mensen thuis over een diepvriezer beschikten, daalde de verkoop van schepijs en dus ook van de bijhorende hoorntjes en wafeltjes. Waaiertjes kwamen het gamma koekjes dan weer versteken. Meer en meer ging de verkoop naar de groothandel.

In 1985 ging Marcel met pensioen en namen zijn zonen Paul (73), Ivo (67) en Patrick (61) het roer over. De oudste twee gingen reeds eerder op pensioen en Patrick volgt hen daarin nu ook. Omdat er geen opvolging meer is, betekent dit het einde van biscuiterie De Valk.

“Ik ben ondertussen ook al 61 jaar en zie het niet zitten om op mijn leeftijd nog verder te investeren”, zegt Patrick. Dat is nodig om concurrentieel te blijven. Het was mijn hoop om hier in Reet aan de Molenstraat een overnemer te vinden. Spijtig genoeg is dat niet het geval wat betekent dat dit inderdaad het einde van bijna een eeuw Biscuiterie De Valk betekent.

Bedrijfshal en machines

Wat dit verder betekent voor de ruime werkplaats en de machines is nog niet zo duidelijk. “Ik denk niet dat in de bedrijfshal een andere industriële activiteit zal toegestaan worden”, zegt Patrick. “Ze ligt midden in het dorpscentrum en is na het stoppen van onze activiteit eigenlijk zonevreemd. Er is wel interesse voor de overname van onze machines die zullen gedemonteerd worden en daarna naar een andere locatie zullen verhuizen.”

Ook voor de buren zal dit een aanpassing zijn. Geen zoete vanillegeur meer in de zomermaanden, geen af- en aanrijdende vrachtwagens en camionettes die de koekjes voor hun ambulante of thuisverkoop komen afhalen. Veel klanten zullen hun ijsjes in de toekomst dan ook in andere koekjes aangeboden krijgen.

Aantal blijft dalen

Met het stoppen van biscuiterie De Valk telt ons land alweer een producent van ijskreemkoekjes minder. Eind jaren zestig waren er dat nog meer dan veertig, een aantal dat nu nog maar vijf bedraagt. Nederland heeft zelfs geen enkele ijskreemkoekjesbakkerij meer.

De drie broers prijzen zich gelukkig heel de voorbije periode goed te hebben kunnen samenwerken. Hun dank gaat uit naar hun afnemers groot en klein maar ook met hun trouwe personeel. Maar aan dit verhaal komt nu, na net geen eeuw, toch een einde.