Met 139 (semi-)publieke laadpalen telt Mechelen nu al de meeste laadpalen per inwoner. Aangezien bijna elke laadpaal minstens 2 oplaadpunten heeft, gaat het om minstens 278 laadpunten. Om haar doelstelling te halen moet de stad 870 laadpunten tellen tegen 2030. Gemiddeld moeten er dus 6 laadpunten per maand bijkomen.
Vlaams minister Bart Somers: “We weten wat we moeten doen in Mechelen en in de rest van Vlaanderen. Recent werd het winkelcentrum Malinas geopend met 10 laadpalen, goed voor minstens 20 laadpunten. Nu hebben we dit project met Proximus. Vandaag gaat het om de eerste laadpaal, maar op korte termijn breiden we dit uit naar 8 locaties. Indien het project succesvol is, zouden we dit in onze stad zelfs op een 35-tal locaties kunnen doen, goed voor een 70-tal laadpunten. Als we op deze manier blijven verder doen, zullen we de doelstelling zeker behalen.”
Potentieel van Proximus-infrastructuur
Proximus onderzoekt of het een deel van zijn netwerk van ruim 28.000 straatkasten kan omvormen tot voedingspunt van oplaadpunten voor elektrische voertuigen. Nu de uitrol van het fibernetwerk op kruissnelheid komt, zal glasvezeltechnologie immers op steeds meer plaatsen het kopernetwerk vervangen, waardoor er ruimte vrijkomt in de straatkasten. Met beperkte technische ingrepen kan die ruimte worden benut om op een vrij eenvoudige manier bijkomende laadinfrastructuur te creëren.
Concreet zullen Proximus en de stad Mechelen, met ondersteuning van Fluvius, in de komende vier maanden acht laadpalen voor elektrische voertuigen aansluiten op straatkasten van Proximus. Op elk van deze locaties zullen twee voertuigen tegelijk kunnen opladen. Aan het Raghenoplein werd de eerste in gebruik genomen.
Indien de resultaten van de test overtuigend zijn en de nodige partners worden gevonden, kan de oplossing in de toekomst ook in andere steden worden uitgerold. In Vlaanderen alleen al schat Proximus dat er een potentieel is om 3.500 van zijn straatkasten te transformeren tot laadinfrastructuur, goed voor minstens 7.000 laadpunten.