De Poemp is een driemaandelijks blad van Heemkring Davidsfonds Nijlen, met een duizendtal trouwe abonnees, voornamelijk uit Nijlen. In mei 1981 kwam het eerste nummer uit. Er werden vijfhonderd exemplaren van gedrukt, een aantal dat trouwens al snel verhoogd moest worden. De naam was De Poemp, om de dorpspomp in de kijker te zetten en op die manier ook indirect aan te dringen op de restauratie ervan, wat ook effectief gebeurde.
“Ik wil alle Poempisten bedanken voor hun vele bijdragen. Ik was misschien de drijvende kracht achter De Poemp, maar ik heb lang niet alles alleen gedaan, integendeel”, zegt Walter Caethoven.
De verhalen die in het blad verschenen gingen steevast over het Nijlen van weleer in al zijn vormen. “We hadden bijdragen die gebaseerd waren op heel uitgebreid onderzoek, maar het meest brachten we heel toegankelijke verhalen over vroeger. We hebben bijvoorbeeld belangrijk werk geschreven over de heksen van Nijlen, de diamantnijverheid of de dorpspomp. Maar het kon ook over verdwenen gebouwen, interessante figuren of andere dingen gaan. Iedere Nijlenaar kon er wel iets in vinden dat aansprak, toch zeker de oudere generatie die vaak met nostalgie terugkijkt op vroeger. Ik ben blij dat we heel wat interessante zaken over onze gemeente hebben kunnen schrijven. Zo hebben we heel veel verhalen kunnen optekenen die anders verloren gegaan zouden zijn.”
Maar dat verhaal stopt nu noodgedwongen. “Het heeft me bijzonder veel inspanning gekost om afscheid te nemen”, zegt Walter in een afscheidswoordje gericht aan zijn lezers. “Onze pogingen om de redactie te verjongen vinden weinig succes. Wat mezelf betreft, is het duidelijk dat ik afscheid moet nemen. De passie is er nog, maar ik ben te ziek om verder te doen.”
Nieuwe vorm?
Er wordt nu in samenwerking met de cultuurraad gekeken onder welke vorm het werk van De Poemp verdergezet kan worden. “Ik hoop dat we op één of andere manier verder kunnen. Er moeten in Nijlen mensen te vinden zijn die het willen overnemen. Ik zou er veel voor willen geven om het zelf nog te kunnen doen, maar dat gaat niet meer. Ik kan alleen maar met veel fierheid terugkijken en wil naast onze schrijvers zeker ook onze lezers bedanken. Voor hen hebben we het altijd met heel veel plezier gedaan.”