Voorlopig pakken de meeste steden dit nog op hun eilandje aan. Daarom slaan Mechelen, Antwerpen, Leuven en Roeselare en hogeschool Thomas More de handen in elkaar om slimme data te verkrijgen en te analyseren.
“We gaan voor gezonde ondernemingen in een gezond ondernemingsgebied. Het gebruik van een meer datagestuurd beleid is een uitgelezen kans om op het gebied van ondernemerschap, nog meer te innoveren. Aangezien het hier gaat over relatieve nieuwe technologieën, is het interessant om hiervoor samen te werken met andere steden en onze kennis te delen”, zegt schepen van Economie Greet Geypen.
De steden willen een systeem uitbouwen waarbij ze betrouwbaar retaildata genereren en die op een gebruiksvriendelijke manier uitwisselen met gegevens die ondernemers ter beschikking hebben. “Door kwalitatieve data te vergaren en deze op een gebruiksvriendelijke manier met elkaar te delen en te analyseren, kan er tot ruimere inzichten gekomen worden en kennen we ook beter de gezondheid van ons winkelgebied”, klinkt het bij Marina De Bie, schepen van Slimme Stad. “Net zoals de steden aan een datacultuur werken om betere beslissingen te nemen, willen we de handelaars overtuigen ook meer beslissingen te nemen op basis van data. Wie beschikt over data, beschikt over meer kennis en kan betere beslissingen nemen.”
Volgens schepen Greet Geypen zal dit de lokale economie meer mogelijkheden geven. “De data zal ons bijvoorbeeld meer informatie doen vergaren over de drukte in de winkelstraten, of over de bezetting van de parkings. Informatie die zeer nuttig kan zijn voor handelaars, horeca-uitbaters, ondernemers en investeerders. Vaak zijn de passantentellingen het eerste waar retailers naar vragen als ze met onze stad contact opnemen. Het is belangrijk dat we deze cijfers dan ook kunnen voorleggen. Aan de hand daarvan beslissen ze of ze zich in Mechelen willen vestigen en op welke locatie. Het is essentieel om de behoeften van de ondernemingen mee te nemen in de projectontwikkeling. We bekijken samen met de handelaars over welke data zij beschikken, op welke manier ze deze data willen delen met de stad, welke data zij van de stad willen ontvangen en op welke manier”, legt Greet Geypen uit.
Hogeschool Thomas More helpt bij het in kaart brengen van die behoeften. Op basis van die bevindingen wordt beslist welke data de stad essentieel dient aan te kopen. Zowel Europa als Vlaanderen subsidiëren dit project voor 40%. Provincie Antwerpen ondersteunt de stad met 4%.