NSZ wijst op verschillende redenen, waaronder de grotere aanwezigheid van vrouwen in sectoren waar je minder kan verdienen en het verhoudingsgewijs grotere aantal vrouwen in bijberoep. “Helaas heeft dit verschil onvermijdelijk gevolgen aan het einde van hun loopbaan, waarbij vrouwen met een veel lager pensioen komen te zitten dan mannen.”
Gemiddeld 30% minder
Het syndicaat heeft de cijfers van RSVZ over het inkomen van zelfstandig werkzame vrouwen onder de loep genomen. “In 5 jaar tijd zien we een zeer lichte toename van de totale vrouwelijke bevolking (0,06%) maar hun inkomen ligt gemiddeld nog steeds 30% lager dan dat van hun mannelijke collega’s. In 2016 bedroegen de inkomsten 67% van de inkomens van mannen, tegen 69% in 2020. Helaas heeft dit meer te maken met een inkomensverlies bij de mannen dan met een inkomensstijging voor vrouwen.”
Minder betaalde sectoren
Hoe kan dit verschil tussen mannen en vrouwen worden verklaard? NSZ wijst op verschillende redenen. “Het is al jaren bekend dat vrouwen in de meerderheid zijn in sectoren die traditioneel veel minder betalen. Wij denken met name aan contactberoepen en jobs in kinderopvang of detailhandel.” Hoewel hun aantal elk jaar licht toeneemt, bedraagt het aandeel van vrouwen die als zelfstandig manager van een kmo werkzaam zijn in de industrie, de technologie of de IT daarentegen slechts 15 tot 20%, afhankelijk van de sector. “Dit is nog steeds veel te laag. Voor veel vrouwen is er een duidelijk groeipotentieel in deze sectoren, die nog te vaak als ‘mannenbastions’ worden bestempeld.”
Lager betaalde loopbaan
Vrouwen kiezen in de lucratievere medische en juridische beroepen ook sneller voor een ‘lager betaalde’ loopbaan. “Er zijn inderdaad meer vrouwelijke huisartsen dan vrouwelijke chirurgen of vrouwelijke advocaten die gespecialiseerd zijn in familierecht in plaats van fiscaal recht of vennootschapsrecht.” Een andere verklaring voor NSZ is het grotere aandeel van vrouwen in de groep van zelfstandigen in bijberoep. “Hoewel zelfstandige vrouwen 35% van de totale populatie van Belgische zelfstandigen uitmaken, maken zij meer dan 42% uit van degenen die een zelfstandig bijberoep uitoefenen. Hetzelfde geldt voor meewerkende echtgenoten, waar vrouwen in de overgrote meerderheid zijn.”
“De kwestie van de mentale belasting speelt inderdaad een belangrijke rol in het werk van zelfstandig werkzame vrouwen. Helaas verminderen nog te veel van hen hun werkuren om meer tijd aan hun privé-taken te kunnen besteden, wat tot gevolg heeft op hun inkomen.”
Einde loopbaan
“We moeten verder kijken dan het probleem van het verschil in inkomen”, merkt NSZ op. “Helaas heeft dit verschil onvermijdelijk gevolgen aan het einde van de loopbaan: vrouwen moeten het doen met een wettelijk pensioen dat ook veel lager is dan dat van mannen, gemiddeld 726 euro, of nauwelijks 64% van het pensioen van de mannen. En als we weten dat veel zelfstandig werkzame vrouwen om bovengenoemde redenen niet hebben kunnen bijdragen aan een van de tweede of derde pijlers, kunnen we de vrees begrijpen dat zij in grote onzekerheid verzeild geraken.”
Werkpunten aanpakken
“Als we het ondernemerschap van vrouwen echt willen ondersteunen, moeten we de werkpunten aanpakken die inherent zijn aan het geslacht, namelijk het moederschap en de economische gevolgen daarvan”, benadrukt NSZ. Zo wordt gedacht aan hogere moederschapsuitkeringen en meer en meer flexibelere kinderopvangmogelijkheden