Real_Estate-20180321-005

Bart De Wever en Wouter Van Besien in debat over vastgoed in Antwerpen

Antwerpen - Meer dan 330 vastgoed professionals hoorden woensdagnamiddag tijdens Antwerp Real Estate hoe Antwerps N-VA-burgemeester De Wever en kandidaat-burgemeester Wouter Van Besien van Groen hun visie gaven op stadsontwikkeling. Het debat vormde het hoogtepunt van Antwerp Real Estate, het jaarlijkse vastgoedcongres van Voka - Kamer van Koophandel Antwerpen-Waasland, De Beroepsvereniging van de Vastgoedsector (BVS) en Real Estate Society (RES). Zoals verwacht werd het een confrontatie op het scherp van de snee.

Voor het eerst dit verkiezingsjaar kruisten de twee protaganisten van meerderheid en oppositie in publiek de degens. Moderator Michaël Van Droogenbroeck wist meteen dat het een pittig ‘gesprek’ zou worden. “Hij hier, heeft me onterecht van corruptie beschuldigd!”, stak Bart De Wever fel van wal, verwijzend naar Wouter Van Besien. Van Besien hield het op ‘een gebrek aan transparantie’. Het was duidelijk dat de vastgoedrel die Antwerpen een paar maanden geleden al in een pre-electorale crisis dompelde, nog niet verteerd is.

40.000 extra woningen

Maar gaandeweg bleek dat de visies van de Antwerpse meerderheid en oppositie op de ontwikkeling en uitbreiding van de stad uiteindelijk niet zo heel ver uiteen liggen. De Wever en Van Besien zijn het alvast eens dat er de komende jaren zeker 40.000 extra woningen moeten komen in Antwerpen. En allebei kijken ze daarvoor ook in de richting van de privésector. “Ik heb de ideeën, jullie hebben de centen”, richtte burgemeester De Wever zich tot de zaal. Een woonmodel waarbij de stad eigendom blijft van de gronden en de eigenaar alleen de woning verwerft, lijkt beide heren een betaalbare optie.

Kopenhagen model

Geregeld verwezen De Wever en Van Besien naar het voorbeeld van Kopenhagen dat dit jaar als beste praktijkmodel werd voorgesteld op Antwerp Real Estate. Kopenhagen stadsmanager Monica Bellen-Magnussen had bij aanvang van het event toegelicht hoe de Deense hoofdstad, nu met een populatie van 600 000 inwoners en een gemiddelde leeftijd van 36 jaar, de voorbije jaren een metamorfose doormaakte van een oude onaantrekkelijke havenstad naar een hippe metropool.
De trendbreuk in het mobiliteitsbeleid was daarbij cruciaal gebleken. De fiets heeft zijn herintrede op grote schaal in Kopenhagen gedaan. Er zijn niet minder dan 40 000 fietsers en 26% van de gezinnen heeft een bakfiets die weliswaar een bredere fietspadeninfrastructuur vereist. Zelfs in de winter neemt 75% nog de fiets om gemiddeld een traject van 6 à 8 km af te leggen.

En het is precies op mobiliteitsvlak dat zich de grootste breuklijnen aftekenen tussen Groen en de N-VA-meerderheid in Antwerpen.
“De N-VA-meerderheid heeft de mond vol over een leefbare stad, maar schrapt intussen overal tramlijnen”,  zei Wouter Van Besien, die naar het voorbeeld van Gent een circulatieplan wil invoeren in Antwerpen als hij burgemeester wordt.
“Kopenhagen mag dan op plaats 1 staan als fietsstad en Antwerpen op 7, maar dat betekent niet dat Kopenhagen de hemel is en Antwerpen de hel. Zeggen dat N-VA alleen aan de auto denkt, en niet aan andere vervoersmodi, is niet juist”, reageerde Bart De Wever.

Saeftinghe

Ook over de betaalbaarheid van Oosterweel en de overkapping werd stevig verbaal gebakkeleid. Bart De Wever wees terloops op de noodzaak aan een Vlaamse en federale N-VA-meerderheid “om de miljardentrein ook de komende jaren rijdende te houden.”  De kopman van Groen zag dat duidelijk anders: “Ik hoor u altijd spreken over Oosterweel. Maar waar zijn de centen voor het totaalproject met de overkapping erbij? Wie er ook in de meerderheid zit de komende jaren, ik zal ze blijven opjagen.”

Tenslotte bleek ook dat in het dossier van de havenuitbreiding en het Saeftinghedok, het water tussen beide politieke families heel diep is. Voor Groen is Saeftinghe een prestigeproject dat vooral tot langere files zal leiden. Volgens de leider van de huidige coalitie daarentegen kan economische expansie van de Antwerpse haven niet losgekoppeld worden van de ontwikkeling van het Saeftinghedok.