KMO's krijgen moeilijk kredieten los

krediet

De banken hebben volgens Febelfin 3 miljard euro aan nieuwe langetermijnkredieten klaar liggen voor KMO's. De sectororganisatie van de banken gaat er vanuit dat de financiële instellingen op die manier de nieuwe gedragscode ten aanzien van ondernemingen volgt.

Nochtans is en blijft het voor de kleine ondernemingen en starters moeilijk om een krediet vast te krijgen, meent het Neutraal Syndicaat voor Zelfstandigen (NSZ). Vooral kas- en overbruggingskredieten of kredieten voor de opstart in een risicovolle sector worden dikwijls geweigerd.

Bovendien blijft de motivatie van de banken aan de magere kant wanneer een krediet geweigerd wordt, ook al verplicht de begin dit jaar ingevoerde gedragscode hen hiertoe. “Dat alles opnieuw peis en vree is binnen de kredietverlening aan ondernemingen klopt dus niet”, weet NSZ-voorzitter Christine Mattheeuws.

De vier grootbanken verstrekten in het kader van het Vlaams bankenplan wel degelijk 3 miljard euro aan nieuwe lange termijnkredieten voor Vlaamse kmo’s, stelt Febelfin. De ondernemersorganisatie NSZ meent dat dat niet klopt. Heel wat starters hebben het zeer moeilijk om een krediet te krijgen wanneer ze starten in een risicovolle sector. Ook veel gevestigde kleine ondernemingen blijven het niet gemakkelijk hebben om bancaire kredieten los te weken. Vooral kas- en overbruggingskredieten worden niet gemakkelijk toegekend. Het gevolg daarvan is dat die ondernemingen niet verder kunnen investeren of overleven en vaak genoodzaakt zijn om hun activiteiten en hun personeel in te perken.

Sinds begin maart van verleden jaar is er een gedragscode in voege die banken moeten hanteren tegenover ondernemers. Die code omvat onder meer een plicht tot motivatie wanneer een krediet wordt geweigerd, maar dat loopt nog niet van een leien dakje. Een omstandige motivatie is nochtans essentieel, zodat ondernemers weten op welke punten ze eventueel kunnen bijsturen. Ondernemers vragen een krediet immers niet aan voor hun plezier, het heeft vaak te maken met het economisch overleven van een onderneming. Dan is een duidelijke motivatie zeker gepast.

NSZ blijft dus pleiten voor een vlottere en betere kredietverlening. “Het is de taak van de banken om de ondernemers te helpen, hen te informeren over hoe ze een kredietdossier het best aanpakken en hen te wijzen op de instrumenten, eventueel van overheidswege, waarop ze nog beroep kunnen doen, zoals de instrumenten van het Participatiefonds”, besluit de voorzitter van NSZ. “Die service moet steeds 100 procent gegarandeerd zijn.”